Zie je mij?

… Vanuit zijn ooghoeken kijkt hij me schalks onderzoekend aan. Ik kijk terug. Hij draait een klein beetje naar mij toe op zijn stoel. Ik probeer niet op hem te letten. Een voet tikt zachtjes tegen mijn teen. Neutraal probeer ik terug te kijken. Het lukt niet…

Hij ziet de lach in mijn ogen en buigt naar me toe. ‘We gaan bijna naar buiten…! Kijk, ik heb korte mouwen aan en een leeuw op mn shirt!’ Daarna draait hij weer netjes terug, maar krijgt niet echt iets mee van het kringspelletje. Zijn ogen dwalen steeds van mij naar de deur en weer terug. Ik krijg hoopvolle lachjes en een knipoog. Mijn poging om onopvallend te observeren valt in het water. Ik kan hem simpelweg niet weerstaan en knipoog terug. ‘Ja, bijna! Leuk he!’ Fluister ik met een vinger op mijn mond geluidloos terug.

‘Juf, juf!!! Kom kijken wat ik kan! Ik kan duikelen op het duikelrek! Kijk! Hoe heet jij eigenlijk?!? En weet je wat ik ook al kan, wil je dat ook zien?’ Natuurlijk wil ik dat zien. En wilde je nog weten hoe ik heet? O, nee. Dat doet er eigenlijk niet zo toe. Als ik maar kijk.

De ene na de andere kleuter staat te springen om zijn of haar variant op het duikelrek te laten zien. Allemaal maken ze een zwieper, de een wat soepeler dan de ander. En allemaal is het eerste wat ze daarna doen mij met grote verwachtingsvolle ogen aankijken. ‘Vond je t knap?!?’ Ik doe het ze niet meer na zonder daarna mijn oriëntatie volledig kwijt te zijn dus ja, ik vind het superknap.

‘Mam, wil je zien wat ik nu weer heb getekend?’ Tussen mijn ogen en beeldscherm verschijnt een A4tje met een nieuwe creatie. ‘Uhm, schat. Ik ben aan het werk… zie je?’ ‘Ja dat weet ik wel, maar ik ben gewoon zo trots! Het is me gelukt het haar goed te tekenen en dat vond ik zo moeilijk! Ze staat nog net niet te springen naast me en ze heeft gelijk, de tekening is prachtig. Ik geef haar een dikke knuffel vertel dat ik ook trots op haar ben.

‘Ik vond het zo leuk dat je er gister gewoon even bij ging zitten. Mee keek hoe het ging. Ik zag je ineens. Je deed niks en toch voelde het superfijn. Dat wilde ik je nog even zeggen. Alsof we eindelijk gezien werden.’ Ik deed echt niks. Voelde me in alle hectiek daar bijna schuldig over. Ik zat alleen maar op een krukje aan de zijkant. En ik keek. Het liep gestroomlijnd. Ik was niet nodig maar ik was er wel. Ik had geen mening. Ik wilde alleen maar even kennismaken en aanvoelen. Kennelijk was dat niet niks…

Zie je mij?

Of je nu een peuter bent, een kleuter, schoolkind, puber of volwassene. Welke rol je ook hebt. Ieder mens wil als eerste en vooral gewoon gezien worden. Echt gezien worden. Waar kinderen nog zonder gene vragen om hen te bewonderen, doen wij dat als volwassenen bijna niet of misschien wel nooit. We vinden het onnodig. Ongepast misschien ook wel.

Toch is het een voorwaarde om je te ontwikkelen. Je gezien voelen, weten dat jij ertoe doet.
Pas als dat weten zich in je nestelt kun je echt tot een constructieve ontwikkeling komen. Het is niet voor niets dat het eerste pedagogische basisdoel zich richt op de emotionele veiligheid van een kind. Dat geldt net zo goed voor een medewerker. En ook net zo goed voor jou als coach. Gezien worden. Mogen zijn wie jíj bent en tegelijk mogen leren wat je nodig hebt te leren. Het is dé voorwaarde voor een gezonde ontwikkeling.

Als coach begin je daarom met het leren zien van jezelf. Ontdekken wat jij nodig hebt zodat je de ander coaching kunt geven. Investeren in een netwerk om je heen zodat ook jij een plek hebt om op terug te vallen. Dat klinkt dubbel, het gaat toch om degene die gecoacht wordt?!?

Het coach proces draait inderdaad om het verhaal van de ander, maar jij kunt dat pas goed begeleiden wanneer je de ander echt kunt zien. En dat kun je pas wanneer je ook oog hebt voor wie jij bent en wat jij nodig hebt ten opzichte van de ander. Jij bent tenslotte zelf het gereedschap waar je mee werkt.

Zorg daar goed voor zodat je in staat bent de ander te ‘zien’ en kunt aansluiten bij wie de ander is.


TIP:
In het Handboek Spelend Coachen lees je alles over dit aansluiten op de ander en hoe je het coachproces vanaf daar oppakt.