Van wie is het probleem?

Nog niet zo heel erg lang geleden vond er in dit huishouden een kleine crisis plaats.
Het ging ongeveer zo:

Op een avond was ik heerlijk in mn bubbel wat aan het rommelen toen ik uit mijn ooghoeken de deur open zag gaan. Dit was het tafereel: Afhangende schouders, verwilderde blik en een diepe zucht. ‘Mam, ik heb een probleem! … ‘ Stilte. Nog een zucht.

Plof! Kennelijk lag ‘het probleem’ nu op mijn bord. Iets heel groots en ergs ook. Nu ben ik zijn moeder dus het eerste antwoord dat in mij opkwam was: ‘O mijn lieve jongetje, wat heeft de wereld je aangedaan, zal ik je helpen? Beter nog, ik ga het wel voor je oplossen! Ideaal antwoord voor zo’n jongen. Daarom kwam hij natuurlijk ook naar z’n moeder. Zoiets voelen ze haarfijn aan.

Nu heeft mijn ‘lieve jongetje’ inmiddels de respectabele leeftijd van negentien jaar bereikt. De vraag is dus of het zo ideaal is wanneer ik zijn problemen ga oplossen. Voor het te laat was kwam ik dan ook gelukkig weer bij mijn positieven. Negentien is namelijk een prima leeftijd om zo nu en dan je neus te stoten. Bovendien vermoedde ik dat dit probleem iets te maken had met dat leren volwassen worden, en in dat geval kun je maar beter vroeg dan laat die neus stoten.

Het zat zo: Meneer had een belangrijke afspraak gemist om een certificaat te kunnen halen. Voorwaarde voor een leuk baantje. En ja, zo’n dag is een officiële aangelegenheid. Met een betalende werkgever die erop rekent dat je na die dag in dienst kunt. Maar dan moet je die dag natuurlijk wel goed in je agenda zetten. Anders krijg je een mailtje met de boodschap dat je een nul hebt gehaald. Geen leuk bericht om tien uur s ’avonds, dat begrijp je.

En dat doet iets met je als moeder. In mijn geval werd er in een fractie van een seconde een berg stekende stemmetjes over me uitgegoten. Voornamelijk met boodschappen als: Aaaahhh, wat zielig, hoe kunnen ze hem dit aandoen! Zie je wel, je hebt gefaald, je kind is niet perfect! Je moet het voor hem oplossen, direct! Hij kan dit echt nog niet alleen, hoor! Jij ook altijd met je: Ik begin niet aan opvoeden! Zo zie je maar, dit is het resultaat!

En het klopt, ik houd me al jaren afzijdig van het hele opvoedgebeuren. Sinds ik ontdekte dat Rousseau zijn vijf kinderen ook gewoon in een kindertehuis stopte (omdat hij het niet trok) neem ik de haalbaarheid van dat fenomeen met een korreltje zout.  Coachen daarentegen daar geloof ik heilig in. Ook, of nee, juist bij kinderen. Jezelf overbodig maken zodat de ander zelfstandig kan functioneren in de maatschappij, dat is mijn motto. En over het algemeen pakt dat best goed uit, zelfs bij mijn eigen kinderen.

Gelukkig voor mij zat dit dus ook in mijn systeem en kon ik dit hele probleem met eenzelfde zucht op tafel parkeren. Gewoon tussen ons in. Na alles op een rijtje gezet te hebben trok meneer de conclusie dat het ergste nu toch wel de deuk in z’n ego was. En als dat alles is…
Sinds die tijd zijn ‘planning’ en ‘agenda’ woorden die hij actief heeft toegevoegd aan zijn vocabulaire om het maar luxe uit te drukken. En dat niet alleen, ik zie de praktijk terug in zijn gedrag. Hoe cool is dat!

Stel je nu eens voor dat ik niet mijn mond had kunnen houden – wat best moeilijk was. Of dat ik die rekening voor hem had afgetikt – wat ik in mijn hoofd al drie keer had gedaan. Dat ik niet op mijn plek was blijven zitten van moeder-zijn. Maar op zijn stoel was gaan zitten en het probleem had opgelost… Dan had ik hem deze groeispurt onthouden. Lief bedoeld maar niet echt behulpzaam.

We doen het vaker dan we door hebben. In een split-second en met alle liefde. De problemen voor de ander oplossen. Het voelt niet goed wanneer je iemand ziet struggelen. Maar al te graag geven wij dat extra duwtje of nemen we het hele probleem uit handen. De vraag is of je de ander daar op de lange termijn behulpzaam mee bent. Want hoe kan de ander ooit ontdekken waar ze toe in staat is als jij het wel even fixt?!

Coachen is er dan ook op gericht dat de ander zijn/haar eigen doelen kan behalen, op eigen kracht. Waarbij jij als coach je communicatieve vaardigheden inzet om daarin ondersteunend te zijn. En verder op je handen blijft zitten. Coachen is jezelf overbodig maken zodat de ander zich zelfstandig kan redden nadat ze haar doelen heeft eigengemaakt.

Denk jij weleens na over de positie die je inneemt ten opzichte van de ander? Hoe je kunt stoppen met het blussen van de brandjes bijvoorbeeld. En wat het effect daarvan kan zijn op je coach-processen?

In het jaarprogramma Spelend Coachen is dit de eerste vraag waar je concreet mee aan de slag gaat.
Wil jij investeren in jezelf? Lees HIER  meer en schrijf jezelf in!